Brazilie deel vier

17 november 2012 - Jesuítas, Brazilië

 

Brazilie deel vier  11.11.2012
 
Vandaag de dag na de grote bruiloft gaan we eindelijk weer verder, hoe langer je in een dorp blijft staan hoe moeilijker het wordt om weer op pad te gaan. Dat hebben we vorig jaar in Italië en Portugal ook al ondervonden. Je krijgt op den duur gewoon een kringetje met sociale contactjes.
Maar omdat veel van de inwoners hier het over de oudste kolonie Carambei hebben, zijn we daar ook gaan kijken.
Het is maar vijftig kilometer ten zuiden van Castrolande. In dit dorp is op het eerste gezicht niet veel meer van de Nederlandse invloed te merken. Alleen is er net als in Castrolande een enorme coöperatie met de bijbehorende veevoederfabriek. Het is typisch voor de Nederlandse nederzettingen het hele boerenleven is gebaseerd op het principe van de coöperatie. En dat functioneert kennelijk heel goed.
In Carambei is wel een heel mooi openlucht museum gebouwd waar de begintijd van de kolonie goed wordt weer gegeven. 
Als je de geschiedenis leest krijg vanzelf diepe bewondering voor de pioniers die in 1911 hier midden in de oerwouden van Brazilië een nieuwe kolonie hebben gesticht. 
We hebben prima gestaan op het parkeerterrein van het museum, waar het de hele dag een komen en gaan van Brazilianen was. Froukje de beheerster van het museum kwam maandagmorgen nog even vertellen over de het leven hier in Brazilië en in de kolonies in het bijzonder. Zij vertelde dat ze zelf uit Arapoti kwam, de jongste Nederlandse kolonie. Door dit verhaal besloten we onze route nogmaals te veranderen en van hier uit naar Arapoti te gaan. Dat is het leuke van alleen reizen zonder vast schema, je kunt de route net zo vaak spontaan veranderen als je zelf wilt. Dit moet vooral onze kinderen zeer bekend voorkomen. 
Omstreeks twaalf uur kwamen we in Arapoti aan, maar om daar de Hollandse kolonie te vinden, dat bleek niet eenvoudig te zijn. Eerst zijn we helemaal de verkeerde kant op gereden, de schets van Froukje was meer een dwaalspoor dan een hulpmiddel leek het. Pas toen een behulpzame politieagent op Ipad aan gegeven had waar we moesten zoeken, boekten we resultaat en bleek de schets ook weer te kloppen.
We zagen van veraf de kerk al liggen en er tegenover was een mooi parkeerterrein. Ik was nog aan het parkeren of er stopte al een auto met een vriendelijke dame die ons welkom heette.
Anje Salomons, heeft ons meteen onder haar vleugels genomen en eerst de kerk laten zien en later het museum. Althans de buitenkant, de sleutelbewaarder was niet aanwezig.
We werden ook meteen uitgenodigd om op de boerderij een kopje koffie te komen drinken. Wat we met beide handen aannamen. Hier maakten we kennis met haar man Luc, die een goed verteller bleek en ons veel over de kolonie en de bijbehorende coöperatie heeft verteld. Dit heeft ons een goed inzicht gegeven in het leven en werken van een emigrant van het kneuterige Holland naar het weidse en toen nog vrije Brazilië. Ook hebben we nog een bezoek gebracht aan het particuliere landbouwwerktuigen museum van Luc en Anje, het is verbazingwekkend hoeveel machines Luc hier bij elkaar gebracht heeft. Er staan ongeveer vijfentwintig oude gerestaureerde trekkers, waarvan twee in Duitsland fel begeerde Lanz Buldogs en een oude Hanomag. Zoals ik later in de Regenboog, het kolonieblad, heb gelezen, is het museum op afspraak geopend en er is goede kans op een kop koffie met Anjes vermaarde koek. Toen Luc ons terug bracht naar de camper heeft hij ons ook de coöperatie en de bijbehorende voerfabriek laten zien en ons natuurlijk, zoals dat hoort bij een rondleiding, overspoelt met feiten en feitjes die ik hier niet allemaal wil herhalen, als ik het al zou kunnen. Ook heeft hij nog geregeld dat we dinsdagmiddag onder leiding van Jan Borg het museum kunnen bezichtigen.
Nauwelijks waren we weer in de camper terug of er werd geklopt en de volgende bezoeker diende zich aan. Het was Siebren de Jong, de broer van Froukje die ons nog heel onderhoudend over het leven in de kolonie heeft verteld.
Vandaag dinsdag, werden we precies om negen uur door Luuk opgehaald om de kolonie te bekijken. En een rondleiding door de man die maatgevend bij het ontstaan van deze kolonie is betrokken, dat konden we ons niet laten ontgaan. Na de rondrit hebben we bij Luuk en Anja nog Braziliaans gegeten, bonen met rijst, maar veel lekkerder dan het er als geschreven woord uit ziet.
Na de middag hebben we het koloniemuseum bekeken met als gids Jan Borg, die werkelijk ieder detail van de kolonie kent. Het is onvoorstelbaar hoeveel moeite de mensen zich hier hebben gegeven om ons over hun kolonie te vertellen. Hiervoor bedanken we hen allemaal nog eens hartelijk, we zullen hier op onze verdere reis nog vaak  met plezier en respect aan terugdenken. Vanmorgen besloten we toch nog een dagje te blijven.
Voor twaalf uur hadden we al vier keer bezoek gehad. En vanavond is het Sint Maarten en dat willen we hier ook nog meemaken. Maar morgen dan wordt er weer gestart.
Na de middag hebben nog een wandeling naar Siebren de Jong en Jan Borg hun boerderijen gemaakt. Bij Siebren een rondleiding gekregen, maar Jan was jammer genoeg niet thuis. Gelukkig konden we in het Bakkie van Siebren mee terug rijden.
s' Avonds kwam Hanneke op bezoek, haar kinderen moesten St. Maarten lopen en zij heeft de avond bij ons door gebracht. er kwamen die avond 31 kinderen St.Maarten zingen, maar dankzij Mories hadden we balpennen genoeg om weg te geven. Maar nu zijn we er doorheen.
We hebben die avond ook besloten de volgende morgen weer vroeg op pad te gaan, anders zouden we wellicht nog weer een dag in Arapoti blijven, maar we zijn tenslotte op trektocht en hebben een rondreis te maken. We hebben Hanneke gevraagd ons bij Anje en Luc te verontschuldigen en hopen dat ze dat gedaan heeft.
Via Tibagi en weer een witte weg zijn we tot Candida de Abreu gekomen. De witte weg was niet zo slecht als die naar Castrolanda meer halverwege begon het te regenen en dan wordt rode aarde toch heel gauw glad en duren ook dertig kilometer lang. In Candida vonden we een plaatsje bij een busstation, het is hier niet altijd eenvoudig maar het lukt iedere keer weer.
Vrijdag morgen hebben we eerst de stad afgestroopt naar een leren hoed. Maar dat lukte niet, kennelijk hebben de mensen in Brazilië niet zulke grote hoofden dan wij, misschien is dat in Argentinië anders. Daarna zijn we verder gereden, het landschap is hier de hele tijd prachtig maar wisselt van enorme landerijen  tot Zwitserse bergen met koeien. Voor elk wat wils.
Overnacht hebben we na ongeveer 180 kilometer in Nova Cantu een niet al te mooi dorpje, maar we hadden genoeg gereden. De afstanden zijn hier heel groot en je schiet niet erg op. We staan hier aan de kant van de straat in een woonwijk en niemand kijkt er anders vanuit. De mensen groeten en lopen verder zonder ons nieuwsgierig aan te staren.
We hebben in de straat goed geslapen en reden bijtijds weer weg. het landschap werd nog weidser dan gister, de sojavelden zijn onafzienbaar, kilometers  ver zie je alleen maar soja.
Tegen de middag kwamen we in Jesuitas waar we even stopten om te eten.
Er kwamen daar een paar mannen voorbij die een praatje wilden maken, een van hen had in Duitsland gewerkt.
Even later kwam hij alleen terug en vertelde dat hij gemeente secretaris was en ook de verslaggever van de plaatselijke krant. En in die hoedanigheid wilde hij graag een berichtje over ons schrijven, er komen tenslotte maar zelden toeristen in Parana.
Dus zijn we al goed voor twee krantenberichten, want voor de Regenboog in Arapoti heb ik ook een berichtje geschreven.
Ook heeft Roberto Bastos ons een goed plaatsje achter de katholieke kerk bezorgd waar we vannacht goed kunnen blijven staan, het is tenslotte zaterdag en dan is het niet overal even makkelijk een rustig plaatsje te vinden.
En tenslotte kregen we nog een simkaart voor de Ipad en zijn telefoonnummer, waar we kunnen bellen als we iets nodig hebben. Dat is ons hier in Brazilië al vaker gebeurd, mensen die je niet kent willen alles doen om je te helpen. Iedereen vindt het prachtig dat je hun land bezoekt en vooral als je dan vertelt dat je met de camper per schip gekomen bent. Natuurlijk is het zo dat de meesten ook iets met Europa hebben, een van de opa s of oma s komt wel ergens uit Europa vandaan. Ook heeft hij ons nog verscheidene tips gegeven van plaatsen die we nog beslist moeten bezoeken. Maar dat lukt natuurlijk niet allemaal, zoveel tijd hebben we ook weer niet.
 

Foto’s

6 Reacties

  1. Lisette:
    17 november 2012
    Wat leuk, dat iedereen zo enthousiast is over de reizigers. Mooi!al 2 keer de krant gehaald, halen jullie iedere maand een artikel? Zou toch mooi zijn....
  2. Robson Bastos:
    18 november 2012
    Nice to meet both of you in my very small city. Always is a pleasure to find people like both of you, who love the world and enjoys this travelling around it. Hope to both of you all the best, good trip and God Bless you two always.

    Att.

    Robson Bastos
  3. Ulie en Rieke:
    18 november 2012
    Wat een mooie verhalen. "Reizen" als het ware met jullie mee en genieten zo ook een klein beetje
  4. Henk en Hanneke:
    18 november 2012
    Beste Yvonnemarijke en Cees. Vorig weekend kregen we jullie site te horen in Neugnadenfeld en hebben direct gekeken ,gelezen en ons aangemeld. Wat een mooie ervaringen die je met anderen wil delen. Ik, Hanneke ben net terug van een reis naar Israël en Palestina en hadden ook een weblog waar we onze ervaringen op hebben gezet en mensen konden reageren. Jammer genoeg is het daar een week naar mijn terugkeer een verdrietige toestand.
    We zullen jullie blijven volgen vanuit Nederland en doorgeven in Neugnadenfeld. groetjes Henk en Hanneke
  5. Hermine:
    19 november 2012
    Wat mooi dat de mensen daar zo behulpzaam en enthousiast zijn.
    Een heel mooi verhaal.
    x Hermine.
  6. Ina Mercier:
    20 december 2012
    Ik vind jullie verhaal heel leuk. Ik logeer nu bij Jan Borg en hij weet heel veel leuks en moois te vertellen over de kolonie