Rondje Iberisch Schiereiland 6

25 februari 2018 - Silves, Portugal

Rondje Iberisch schiereiland deel 6.

Het vorige verslag heb ik afgesloten met het verongelukken van Hillary die uit het fietsmandje gevallen is.

Gelukkig heeft ze er geen nadelige gevolgen van over gehouden, maar we maken het touwtje in het vervolg iets korter.

Maandag morgen was het hoogste tijd om weer op te breken, de voorraden werden krapper en in Pomarao is werkelijk niets te kopen, behalve bij de bakker die op donderdag voorbij komt.

We moesten dus wel naar Mertola de eerste stad met een half aanneembare winkel. Terwijl 

Yvonnemarijke inkopen deed heb ik van de gelegenheid gebruik gemaakt om het verslag van de vorige week in het net te zetten. In Pomarao is natuurlijk ook geen of nauwelijks internet misschien heb ik daarom wel het gevoel dat ik thuis kom als we Pomarao binnen rijden. 

Maar hier in Mertola op de parking van “de supermarkt”, zo groot als bij ons een Albert Hein uit de jaren vijftig, ging het prima. 

Maar een paar uurtjes ben je er toch mee bezig om zoveel mogelijk fouten eruit te halen en de foto´s te sorteren te benoemen. Dus was het eigenlijk niet meer de moeite om verder te gaan. En toen er aan de kade van de Guadiana nog een goed plaatsje vrij bleek te zijn zijn we daar naar toe gegaan.

Direct aan de rivier zijn altijd de mooiste plekjes, er is altijd wat te zien, water trekt altijd. Er is hier weliswaar geen scheepvaart meer, maar er liggen wat verdwaalde wereldzeilers die niet verder kunnen of willen. Zoals overal op de Guadiana. Dat heeft er wel mee te maken dat het over een groot gedeelte een grensrivier is waar geen liggeld wordt geheven zo lang ze voor anker blijven. Alleen als ze naar een steiger gaan om te bunkeren dan moet er betaald worden. Daarom gaan de meesten naar Portugal en niet naar Spanje waar het liggeld aanmerkelijk hoger is. Er zijn zelfs zeilende gezinnen die hier de kinderen op de Spaanse school laten gaan. Iedere morgen naar de kant roeien en met de schoolbus naar school. Maar dat kan onze zorg niet meer zijn, wij hebben de kinderen groot.

Nadat we de auto gestald hadden, zijn we het stadje te voet gaan verkennen, de vorige keer dat we hier waren in 2012 was dat niet goed mogelijk omdat in het hele stadje riolering werd aan gelegd en de meeste straatjes niet begaanbaar waren. Tot dan was er in het stadje geen centrale riolering en werden steeds een paar huisjes op een put aan gesloten. De inhoud van de put zal wel in de rivier belandt zijn maar dat weet ik niet zeker. In ieder geval is er nou een riool met alles wat daarbij hoort.

Het is een heel aardig stadje met allemaal kleine huisjes met een sheddak dak zoals je dat hier overal ziet. Bij de Tourist Information is er een huisje als een klein museumpje in gericht, het is heel interessant om te zien hoe de mensen toen en gedeeltelijk ook nu nog woonden.

Vooral de vide boven de bedden van de ouders is een oplossing die tegenwoordig weer toegepast wordt al dan niet in de slaapkamer.

Het kasteel dat we ook beklommen hebben was natuurlijk gesloten, dat is als je in dit seizoen ergens komt meestal het geval, maar het uitzicht hier kan niemand je ontnemen.

Later is Yvonnemarijke nog even in het stadje gaan shoppen en toen ik lekker met een biertje aan de rivier zat kwam ze triomfantelijk terug met een kwart kubieke meter breiwol. Ja we hebben een kleine camper en gewicht is altijd een probleem, maar wol weegt toch niets, is bijna allemaal lucht. Maar ik heb het verstouwd en door de luchtverbinding zie je er niets van. Wordt de auto te zwaar, geef je gewoon een beetje meer lucht op de vering.

Tegen de avond werd er nog druk op de rivier gekanood, door jongens die er kennelijk niet veel zin in hadden maar het toch goed konden en door de trainer door het water werden geschreeuwd.

Maar Mertola was eigenlijk geen doel voor ons dus zijn we de volgende morgen weer op tijd opgebroken, dat wil zeggen we waren snel klaar maar raakten nog in gesprek met mensen uit Heerenveen en zo was het toch bijna twaalf uur voor we de akelig steile oprit naar de stad opreden.

Het volgende doel was Pereiro, een klein dorpje twintig kilometer verderop midden in het droge Portugese land. Hier is een nieuwe camper plaats aangelegd met water, dumpen en alles wat er bij hoort. Vooraan zijn een tiental plaatsen op asfalt en verlichting en achteraan een heel groot parkeerterrein direkt aan de pampa met direct uitzicht op het ruige land en gedeeltelijk op het stuwmeertje. Dat was voor ons natuurlijk de plaats om te gaan staan. De volgende camper op minstens vijftig meter afstand, tenminste totdat er in de late avond nog een Fransman tussen ging staan. Altijd het zelfde die durven niet alleen te staan, eigenlijk horen dit soort Camperaars op een camping.

We hebben de rest van de dag goed gebruikt om door de omgeving te fietsen, het is hier tamelijk vlak maar er zijn bijna geen gebaande wegen zo worden we al aardig om gevormd tot fietscrossers. We hebben ook rond het stuwmeertje gereden. Dit was geen grote opgave omdat er bijna geen water meer inzit. 

Dit is waarschijnlijk het grootste probleem voor de zuid Europese landen en dus voor Europa, er valt overal te weinig neerslag, de stuwmeren zijn nog niet half vol. En dit lijkt ieder jaar wel erger te worden. Vooral in de agrarische gebieden is er veel water nodig, bij iedere plant of sinaasappel boom ligt een waterleiding. Geen water geen sinaasappels. Geen sinaasappels, geen werk dus werk zoeken in die delen van Europa waar het nog te vinden is. Zo komt er naast de vluchtelingen  stroom uit verre landen ook een migranten stroom uit Europa opgang waarvan de grootte nog niet is te overzien.

Maar misschien vindt Europa hiervoor een oplossing, alleen zal het de zuidelijke landen niet lukken.

In Pereiro spraken we een paar mensen uit Hoorn die ons vertelden dat er in Ameixial een nog betere camperplaats was. Ja zo gaat dat als je onderweg bent, je moet luisteren naar wat er verteld wordt op de plaatsen en in de wandeling. De mensen uit Hoorn hebben we in 2012 al in Pomarao ontmoeten ze wisten nog te vertellen dat wij met de camper naar zuid Amerika wilden.

En aangezien je een goede raad nooit in de wind moet slaan zijn we de volgende morgen in Ameixial gaan kijken. En inderdaad er was een grote plaats waar natuurlijk al verschillende Franse auto´s stonden. Maar in een uit hoek van de plaats vonden we een mooie plek met uitzicht over het dal. Het dorp hebben we nog te voet door verkend, is ook geen probleem bij de minimale grootte van het dorpje. Op het eerste gezicht lijkt het nog heel wat, maar als je er door loopt en en achter de fassades kijkt dan zie dat er weinig bewoonde huizen over zijn. Vaak staat de fassade nog en is ook mooi wit geschilderd maar door de ramen kun je zien dat er geen balken en dak meer aanwezig zijn. Al deze kleine dorpjes sterven langzaam uit. Je ziet er geen jonge mensen meer en kleine kinderen al hele maal niet. Geiten en schapen honden en oude wijffies, die zijn nog aanwezig.

De volgende dag konden we nog geen afscheid van Ameixial nemen. Dus de Kalkhoffs werden gezadeld en we hebben lange fietstocht door de bergen gemaakt. Eerst naar Almarin do Mouro, een dorpje van tien huizen aan het einde van de asfalt weg. Vandaar door de bergen over gravel wegen verder. We worden al echte mountainbikers maar gelukkig wel met ondersteuning door een  elektromotor.

Na een uur of vier ploeteren waren we weer op ons uitgangspunt terug. Het was een welbestede  dag. De middag hebben we doorgebracht met luieren, tenminste ik, Yvonne Marijke heeft lekker in het zonnetje zitten schilderen.

Vrijdag was voor ons de dag dat we het wilden weten. We hebben gister zo genoten van het prachtige landschap en de leuke wegen hier dat we besloten met de camper dezelfde route te volgen. En natuurlijk ook verder te vervolgen. Ik was echt in mijn element, prachtig wegen door door bijna onbewoond land. Kleine dorpjes en slechts af en toe een stukje asfalt.

Natuurlijk alles naar aanwijzingen van de TomTom en daar lag het probleem, TomTom houdt er geen rekening mee dat een gebruiker niet in een personenauto zou kunnen rijden.

Op een gegeven moment werden de wegen steeds smaller en de olijven bomen kwamen steeds dichterbij tot ze geen plaats meer lieten en camper de takken opzij moest schuiven, jammer maar een verlies is niet te vermijden. Maar aan het einde van het wegje stond een groentewagen en vanaf daar was het volgens de groentevrouw niet mogelijk verder te rijden. Zij moest zelf ook omdraaien. Keren was niet eenvoudig maar het lukte. De eerste liter angstzweet was verspeeld.

Maar we moesten of een stuk verder naar Alte ons doel van deze dag. Het was van Ameixial maar veertig kilometer maar met een gemiddelde van zeventien kilometer per uur en een paar maal pause ben je toch bijna de hele dag op pad.

In Alte was de camperplaats vol en moesten we ergens anders een plaatsje zoeken. Dus de eerste de beste afslag in gereden die uit het stadje leidde. In het begin prima, maar geen plaats. En toen reden we in de fuik, eerst werden de olijvenbomen steeds opdringeriger en toen doemde er ineens een boerderijtje op dat wel midden op de weg leek te staan.

Het koude zweet brak me uit, maar dat mocht ik niet laten merken. Meteen na het boerderijtje een haakse bocht naar rechts en twintig meter verder een haakse bocht naar links. Alles met bravoure gemeisterd. Maar daarna kwam de val er kwam een steegje van 2 meter twintig en daar stond nog een auto scheef voor. Niet te doen!!!

Dus terug, ik kon er keren zonder schade maar met veel moeite en toen de eerste bocht. Ik ben er door gekomen, maar nog een keer nee dat liever niet. Yvonnemarijke die buiten aanwijzingen stond te geven was nu ook een liter angstzweet kwijt. Maar we zijn er zonder grotere probleem uit gekomen. Veel zin om verder te rijden had ik echter niet meer. En toen we in een olijven boomgaard een mooi plaatsje zagen zijn we daar gaan staan. Volgens een paar oude vrouwen die in het dorpje vol verbazing onze capriolen gaande geslagen hadden was dat geen probleem. En ieder voorbijganger zwaaide vriendelijk. In twee dagen waren dat er vier.

Het bleek later een van de mooiste plaatsjes te zijn die we tot nu toe hebben gevonden. Een olijven boomgaard boven op een berg en daarbij nog kristal helder weer en  een prachtige zonsopgang aan de ene kant en de zonsondergang aan de andere kant van onze heuvel.

De volgende dag konden we dan ook geen afscheid nemen. Dus besloten we naar het dorp te wandelen en de bronnen te bezoeken. 

Hier hetzelfde beeld als bij de stuwmeren. Bij de Fontes Pequena, de kleine bron, twee kleine dunne straaltjes water en bij de Fontes Grande helemaal geen water meer te zien, van de  rivier die door de bronnen wordt gevoed is slechts een klein stroompje over. Triest om te zien.

We zijn verder door het dal gelopen, onder weg kwamen we twee Engelse mannen tegen die aan de kant van de weg aan het werk waren. Toen we een praatje maakte bleek dat ze hier een huis hebben en daarom heen tien hectare land. Mooi bezit zou je zeggen. Maar na de verschrikkelijke bosbranden van de laatste jaren is er in Portugal een wet aan genomen die bepaald dat iedereen een strook van tien meter breed die aan de openbare weg grenst vrij moet houden van bomen en struiken. Wat dat bij tien hechtare wil zeggen kan iedereen zich voorstellen. Gelukkig hadden ze hulp van een vijftal medewerkers. Maar geen Portugezen. Want al is hier de werkeloosheid schrikbarend hoog de Portugezen zijn niet bereid dit werk te doen en als ze al aan het werk gaan dan in een schrikbarend laag tempo. De Engelsman had zich medewerkers uit Roemenië bezorgd, goedkoper en veel vlijtiger. Maar dat feit doet zich ook in andere landen van de EU voor.

De Engelsman die al jaren hier woont was ook geheel niet te spreken over de Brexit, het domste dat Engeland ooit gedaan heeft. De eerste wereldoorlog heeft Duitsland niet gewonnen en de tweede ook niet. Maar in de derde de economische daarin heeft Duitsland,  Engeland verslagen en door de Brexit is dit niet meer in te halen.

Dat vertelde hij aan twee Hollands vakantiegangers. Het moet hem wel heel hoog zitten.

Het dal van de rivier bleek langer dan gedacht. Maar eindelijk na een kilometer of zeven kwamen we in Benafim. Een dorpje met de beste Hamburger tent in de Algarve volgens de Engelsman. We gingen dus vol verwachting op het terras zitten. Jammer maar op zaterdag was het restaurant gesloten. Na een half uurtje rust gingen we niet gesterkt weer verder.

Maar nu langs de grote weg wat natuurlijk niet zo prettig is om langs te lopen, vooral omdat je je bij iedere tegenligger afvraagt of zijn alcohol pegel laag genoeg is om juist te reageren op een paar wandelaars en een klein hondje. Maar we hebben het overleefd en zijn moe maar voldaan bij de camper aan gekomen.

Het was genoeg voor de zaterdagdag en we hebben nog genoten van de rust in onze privé Olivenhain.

Maar om nog een dag op dit plekje te blijven dat vonden we niet verstandig, je moet gastvrijheid, ook al is die niet uitdrukkelijk verleend, niet te lang misbruiken.

We zijn dus zondagmorgen weer verder gegaan naar de Barragem de Arade onderaan een stuwmeer in de buurt van Silves. Hier hebben we een jaar of tien geleden alleen met een Belgisch echtpaar gestaan. Vandaag stonden we met ongeveer 25 campers beneden aan de dam. Boven aan is nog een plaats maar daar staan alleen  Duitse campers, en als je daar op rijdt krijg je het gevoel dat je meteen je persoonsbewijs moet laten zien. Dit is het soort Camperaars dat het op den duur voor alle andere bederft. Maanden lang op dezelfde plaats staan en er een soort Duits dorp van maken met toezicht en alles wat er bij hoort. Voor ons hoeft het niet.

Beneden was het publiek gelukkig gemêleerder en voelden we ons ondanks de drukte meer op ons gemak. De mensen uit Hoorn waren inmiddels ook gearriveerd, zo zie je ,je treft steeds weer op de zelfde mensen, iedereen rijdt tenslotte ongeveer het zelfde rondje. Gedreven door het weer en op een gegeven moment door een meer of minder lichte vorm van heimwee.

Dat is een mooie laatsste zin voor dit Verschlag.

Foto’s

5 Reacties

  1. Jan Pleyte:
    26 februari 2018
    Hallo Cees en Yvonne,

    Nog steeds een mooie reis en een mooi verslag, dus ik zou zeggen , gewoon doorgaan.
    Cees, uit de één na laatste alinea maak ik wel op dat jij dus nooit echt geintergreerd bent in Duitsland.
    Maar wees gerust dat is geen probleem, daarvan lopen er hier in Nederland duizenden rond.
    Goede reis verder en groet,
    Jan & Diny
  2. Dj:
    26 februari 2018
    Zit ik lekker naar Mariza te luisteren die fado curvo zingt en dan komen jullie algarve fotos voorbij...
  3. Alexander:
    26 februari 2018
    Weer een leuk bericht, Papa! En dat op jouw verjaardag ;) Nog een keer van harte gefeliciteerd! Heel veel groeten uit het ijskoude Hamburg! Alexander
  4. Coby van Duijn:
    27 februari 2018
    Nou Cees, als jullie thuis komen, eerst maar uitrusten. Dit is hard werken...........
    Wat wordt de volgende reis ???

    Ik heb deze trip vorig jaar gedaan. 6000 km. in 1 maand..........wel veel hoor..... Maar ook erg genoten.!! Niet toen we de diesel-tank vol gooiden met benzine. Ja dan kan ook gebeuren. Niet bij jullie hoor.,. Jij let wel op....................groetjes en fijne vakantie verder . Coby
  5. Will:
    2 maart 2018
    Hoi!
    Heb je dan toch niet zo‘n navi gekocht waar je de maten en het gewicht van de auto in kon zetten?