Rusland van Petersburg naar Astrakan deel 8

12 september 2016 - Bautzen, Duitsland

Rusland van Petersburg naar Astrakan deel 8

Inderdaad na de reparatie van de airconditioning hebben we lekker geslapen in een gekoelde auto. Het is wel wat decadent maar als je de mogelijkheid hebt en er is genoeg stroom voorhanden, dan is het een verademing. Het probleem is altijd de stroom, maar hier op de camping zijn alle stopcontacten met minstens 20 ampère gezekerd en als je dan een voldoende dikke kabel hebt dan lukt het prima. Het is trouwens avontuurlijk hoe de Russen hier op de camping met stroom om gaan. Vooral in vergelijking met onze veilige genormde en van CE keur merk voorziene kabeltrommels met grote blauwe stekkers. De Russen nemen gewoon een paar driewegstekkers zonder randaarde, steken er drie of meer in elkaar en je hebt zes of meer stopcontacten waarmee je evenzovele camping gasten van stroom kunt voorzien. Die halen het dan af door hele dunne kabeltjes waar je nog geen schemerlamp op kunt laten branden, tenminste bij ons. Hier is werkelijk alles anders vooral op technisch gebied, ze hebben nog een inhaalslag te maken.
Maar ja, een camping plaats kan nog zo mooi zijn, als je een reis wilt maken moet je toch weer verder. De volgende dag gingen we op pad naar Rostow on Don, een grote havenstad daar waar de rivier de Don, in de Zwarte Zee uitmondt.
Dit is de langste etappe van de reis, 485 kilometer. De eerste 50 kilometer langs de Zwarte Zee en door de bergen was een mooi stuk, maar daarna waren we weer aan de nukken van de M4 overgeleverd.
Maar toch waren we op tijd in Rostow om te zien hoe twintig autos op een veel te kleine parkeerplaats moesten worden gepropt.
Het is gelukt maar ik weet nu zeker dat ik nooit op een appartement of galerijflat wil wonen, als er iemand langs kwam moest je je tenen in trekken. Sommigen hadden er geen probleem mee, die wonen kennelijk al op een galerijflat. Alleen de twee arme beren in kleine kooien die hier achter het hotel stonden , die hadden minder plaats. Eigenlijk een schande dat dieren zo gehouden worden. maar ook dat is in Rusland anders. We hebben het al vaker gezien, dierenbescherming is net als recycling een item dat eerst bij een hoge levensstandaard belangrijk wordt. Voor die tijd gaat het er alleen om de dagelijkse rantsoenen bij elkaar te scharrelen. Waar natuurlijk ook het dagelijkse rantsoen wodka bij hoort. Gelukkig was er bij het parkeerterrein een prachtig zwembad, of eigenlijk liever omgekeerd. We kregen een toegangsbiljet en konden zoveel zwemmen en baden als we wilden, nee zolang als de tijd het toeliet. De volgende dag was er weer een rondleiding door de stad en hoe de gids ook haar best deed om sympathie voor de stad te wekken, het lukte niet. Er zijn geen bezienswaardigheden behalve hier een daar een monument dat wil laten zien hoe groots de Sovjetunie was in haar goede tijd. Op een gegeven moment gaf de gids het op en begon ze een verhaal van Tsjechov voor te lezen de beroemde Russische schrijver die hier ook heeft geleefd. Maar ook dat was geen succes, de hele geschiedenis hing als los zand aan elkaar volgens mij. Maar ik ben natuurlijk geen literatuurkenner en zeker niet van de Russische Literatuur, maar misschien komt dat nog in een lange donkere winter.
De volgende dagen bestonden eigenlijk alleen uit lange ritten door de steppe en de landbouw gebieden hier. De eerste dag na Rostow was een etappe van 425 km naar Palowsk, een plaatsje aan de grote weg in de middel of nowhere. Het opwindendste aan de dag was s` morgens vroeg het weg rijden. Vanaf het  hotelparkeerterrein moesten we een een zesbaansweg  oversteken en daarbij links afslaan. Maar met behulp van Anatoli is het ons allemaal gelukt. Het is te merken dat de Russische zomervakanties teneinde lopen, er is enorm veel verkeer richting Moskou en dat is ook onze richting. Deze twee en driebaansweg wegen zijn dan ook niet de prettigste om te rijden en om een beetje op te schieten. We kwamen dan ook pas als laatsten bij het einddoel aan. Een sportpark waar net een voetbalwedstrijd was afgelopen. Maar daar boften we bij want voetballiefhebbers zijn we nooit geweest. Maar de anderen in de groep maken zich al zorgen over onze late aankomst. De volgende dag naar Kursk verschilde niet veel van de vorige, weer ca. 425 km. Alleen begon deze dag met een ellendig lange file met stop en go over 20 kilometer, schiet je meteen lekker op. Van Kursk naar Bransjk, van het zelfde laken een pak, goede en slechte wegen, maar altijd even druk.
De meesten in de groep hebben de enorme afstanden nu wel een beetje gehad. We hebben nu drie lange dagen gehad en daarin 1200 km gereden door een eentonig gebied. Zo hadden we ons de laatste dagen in Rusland niet voor gesteld. Deze lange etappes worden mede veroorzaakt door het feit dat ons visum dinsdag om 24.00 uur  afloopt en we niet vanuit Rusland direct naar de Ukraine kunnen.
Daarom moesten we een heel stuk noordwaarts vanuit Rostow on Don.De grote omwegen worden natuurlijk ook veroorzaakt door het feit dat er maar weinig wegen zijn die voor een camper goed te berijden zijn. Alle afslagen van de hoofdweg eindigen afhankelijk van het weer,  na ongeveer vijftig meter in een zand- of modder pad. En dan vanuit Bransjk nog ongeveer 200 kilometer naar het westen tot de grens met Belarus(Wit Rusland) de grote grensovergangen kunnen we niet benutten omdat dit voor de Russische Federatie quasi binnenlandse grenzen zijn en er geen buitenlanders in- en uit geklaard kunnen worden. 
Daarom had Oleg een grensovergang op het drielanden punt, Rusland, Wit Rusland en Ukraine uit gezocht. Het leek een prima idee en iedereen was op de afgesproken tijd op het verzamelpunt voor de grens. Van daaruit in colonne tien kilometer naar de grens en daar begon het wachten. De eerste drie auto's waren over de grens, na anderhalf uur, en wij waren net aan de beurt. Toen kwam er een kink in de kabel, ik mocht niet verder naar het loket voor de uitklaring. 
We begrepen eerst niet wat er aan de hand was, totdat Vitali vertelde dat we weliswaar waar uit Rusland konden worden uitgeklaard, maar bij de Witrussische  grens niet konden worden ingeklaard.
Deze grens is alleen voor auto's tot 3500 kg en bijna alle Campers zitten daar ruim boven. De eerste drie bevonden zich nu in het niemandsland tussen de grenzen. Wat nu? Na een uur werd er besloten dat alle Campers die nog niet over de grens waren terug moesten naar het trefpunt voor de grens om af te wachten wat er gedaan kon worden.
Daar staan we nu al een paar uur,  maar nog geen bericht van Oleg hoe het verder moet. Ons visum is nog ongeveer zeven uur geldig en dan moeten we Rusland uit zijn.
Ik hoor net Oleg komt er aan. Wachten we maar af wat er gaat gebeuren. het bericht kwam om half vijf en om zes uur nog geen Oleg. Opeens de nieuwe order, in colonne weer naar de grens. Hier troffen we een totaal gestresste Oleg en die vertelde  ons dat we eenvoudig Rusland moesten verlaten en naar de Wit Russische grens te rijden.
Eenvoudiger gezegd dan gedaan, we moesten de hele procedure nog eens ondergaan. Behalve het onderzoek met de drugshond, die was al naar huis. Maar wel het uitklaren van auto en personen, Hillary werd gemakshalve niet vermeldt. Daarna reden we als tweede door het niemandsland naar de grens. In het niemandsland zijn er twee mogelijkheden, of naar de Ukraine of naar Belarus, we kozen het laatste. Een andere mogelijkheid zou zijn, als we niet toegelaten zouden worden, om via de Ukraine te rijden, een omweg van een paar honderd kilometer. En voor de hondenbezitsters met het grote nadeel dat je van de Ukraine uit geen hond kan meebrengen naar de EU zonder bloedtest die ca. 14 dagen duurt. En hoewel we de tijd hebben, wilden we het daar niet op aan laten komen. Hoe bestaat het trouwens dat de Ukrainers zonder visum naar Europa kunnen, maar een hondje niet mee terug genomen mag worden, ergens onbegrijpelijk.
Bij de grens van Belarus leek alles te lukken, weliswaar met enorme vertraging en heel veel eenvinger typewerk, maar na een uurtje waren we erdoor. Toen de Douaniers zagen dat er nog tien Campers stonden werden ze steeds sneller. Het is hier een hele kleine grens overgang waar eigenlijk maar sporadisch een auto uit de Ukraine langs komt. De Russen en Belarussen hebben een Douane unie samen en gaan niet over deze afgelegen internationale grensovergang. Onbegrijpelijk, maar waar. Zodoende stonden we s` avonds om half negen in het stikdonker als enige in Belarus. Er volgende nog een inspannende rit van ongeveer 70 kilometer door een onverlicht Belarus, maar we vonden na een uurtje de camperplaats. Het was een spannende nachtrit maar gelukkig is hier heel weinig verkeer.
Daar stonden de auto's die s` middag de grens van Rusland gepasseerd waren en in het niemands land moesten blijven staan. Er waren meerdere gesprekken met de hoogste regeringsfunctionarissen in Minsk voor nodig geweest om toestemming te krijgen om drie auto's de grens te laten passeren. van deze beperkte toestemming heeft Oleg kennelijk handig gebruik gemaakt door ons allemaal de grens over te sturen. Er moest alleen op het inklaringsformulier van de auto geschreven worden dat we uit de Ukraine kwamen, met Rusland is er tenslotte een douane overeenkomst en kunnen auto's dus niet ingeklaard te worden. Maar zo was iedereen tevreden, wij dat we eindelijk door mochten en de douaneambtenaren met de niet kloppende formulieren, als er maar genoeg papier beschreven wordt dan lukt het wel.
Tijdens het lange wachten bij de douane heb ik trouwens de officiële waarschuwing gelezen dat het ten strengste verboden is, bij het overhandigen van de pas aan de beambte, het zich daarin bevindende contante geld in de pas te laten liggen. Hier voor wordt met zware straffen gedreigd. Dit stond te lezen op een plakkaat naast het loket van de beambte, we zijn hier dus wat smeergeld betreft op de goede weg.
Het was een lange en enerverende dag, maar om ongeveer twee uur s nachts stonden alle auto's op hun plaats. Maar toen lagen wij al lang op een oor.
Zo blijkt het woordje Abenteuer in de naam van de reisorganisatie " Abenteuerosten.de " toch nog een beetje op zijn plaats.
De volgende dag was er een bezichtiging van de Plaats Gomel gepland. De bezichtiging hebben we ook bijna allemaal meegemaakt, maar echt enthousiast konden we er niet van worden. De stad en ook de bezienswaardigheden zijn allemaal minder dan in de grote steden die we al gezien hebben. De meesten onder ons hebben nu meer behoefte aan een paar dagen rust in een mooi natuurgebied dan aan steden bezoek.
Van Gomel naar Minsk was weer een lange rit, maar nu niet zo als in Rusland over overvolle driebaansweg wegen, maar keurig over een betaalde vierbaans weg, prima wegdek en nauwelijks ander verkeer. We rijden niet vaak tolwegen, maar dit keer was het een verademing.
Een zestig kilometer voor Minsk was er nog een bezoek aan een open luchtmuseum gepland. Het Museum BUDICI. Dat het niet direct aan de weg lag, dat wisten we, maar dat onze navi ons daarvoor door een heel klein dorpje en later over een zandpad stuurde, daarmee hadden we niet gerekend. De zandweg was ons te erg en we zijn omgekeerd en terug gereden naar de laatste grotere plaats, hier waren we in de fout gegaan, maar dat konden we snel weer oplossen. Natuurlijk met wat tijd verlies, maar ondanks dat waren we ruim op tijd volgens de planning. Alleen jammer dat de groep altijd veel vroeger is dan gepland. Dus stonden ze te wachten, hun pech.
Volgens een oude regel gaat er net zo veel tijd verloren met te vroeg komen dan met te laat komen. Er moet altijd worden gewacht. Dus komen wij op tijd.
Het museum viel wat tegen, het was in onze verwende ogen een beetje amateuristisch van opzet. Maar de gids maakte alles weer goed. Ze vertelde met zoveel enthousiasme en een enorme mimiek dat we het allemaal net een theaterstuk vonden en ervan hebben genoten.
Daarna nog 60 kilometer naar Minsk. Hier was de camperplaats bij een enorme stoeterij waar ruimte genoeg was voor iedereen.
Na deze inspannende dag waren we wel aan een rustdag toe, die werd gebruikt om de stad Minsk te bezoeken, met de bus en een Minsker gids. Hij liet ons alles zien wat mooi en goed was in Minsk, grote hotels en kantoren met glas fassaden, gebouwd door Turken, Kathar en Chinezen, alles even groots en pompeus. Ook de plantsoenen en parken zijn pico bello in orde, alle grasvelden geschoren en er lag geen papiertje verkeerd.
Het lijkt een beetje onwerkelijk voor een land dat behalve kalium geen eigen grondstoffen en weinig industrie heeft, ik denk dat de grote broer hier enorm zijn best doet om een voorbeeldig Sovjet staatje in leven te houden. Hier is ook geen sprake van democratie, de president is weliswaar meer of minder democratisch gekozen, maar ik houd het meer op minder.
Achter de fassades van glas en staal zijn de gewone woningen verborgen die nog lang niet aan de norm van onze tijd voldoen, weliswaar kosten ze niet veel, maar zijn toch voor de normale Minsker , die gemiddeld 340 Dollar per maand verdient, bijna onbereikbaar. Gelukkig zijn degenen die na de Perstroika de woning waarin ze woonden voor de symbolische prijs van 1000 dollar hebben gekocht. Maar dat lukte ook voor die prijs lang niet iedereen en dat zijn de verliezers van nu. Ook hebben we nog een van de nieuwe winkelcentra bezocht. Toen we er met zijn vijfendertigen binnen kwamen was het bezoekersaantal meteen verdubbeld. Wie moet er bij deze prijzen iets kopen, de normale Minsker zeker niet.
Nee, dan was het op de markt die we later bezochten heel anders, een enorme markt met alle soorten etenswaren, alles te kust en te keur te koop, de prijzen waren een stuk lager en er kon gehandeld worden. Hier werd ook werkelijk ingekocht. zelfs Yvonnemarijke heeft er nog tomatenzaad gekocht. Er zijn hier etalages met alleen maar zakje met de verschillende soorten zaden. Iedere Rus heeft zo mogelijk een Datscha met een volkstuin waarin hij zijn eigen groente kan verbouwen.
Zaterdag stond er een bezoek aan de MAZ autofabriek op het programma een fabriek die in serie de grootste Kipautos  ter wereld maakt voor het gebruik in mijnen  waar erts in dagbouw wordt gewonnen. De grootste auto kan 420 ton laden bij een eigen gewicht van 360 ton. Een enorm gevaarte. Maar de productie lag stil en de fabriek was leeg. Volgens de gids omdat het zaterdag was maar eigenlijk omdat er niet veel vraag is naar dit soort voertuigen. De mijnbouw in grote delen van de wereld gaat het slecht en de prijzen voor de verschillende ertsen hebben een dieptepunt bereikt. Maar verschillende van de medereizigers wilden toch een ritje in zo n gevaarte meemaken. Maar het viel tegen, ze mochten niet zelf rijden en het was minder opwindend dan met een camper door Moskou te rijden.
Na de rondleiding reden we terug naar de camperplaats waar we ons op de volgende etappe konden voorbereiden.
De georganiseerde reis nadert langzaam zijn einde, we rijden steeds meer richting Poolse grens, de etappe van vandaag eindigt in het Wit Russische natuurpark "Bialowieza" het zogenaamde Bialowieza oerwoud waar de Wisent nog in het "wild" leeft.
Dit Bialowieza natuurpark is ook bekend door het feit dat Gorbatsjov hier in December 1991 met de andere Sovjet leiders het "Perestroikaverdrag" heeft ondertekend, dat leidde tot het uiteen vallen van de Sovjetunie. 
Hier midden in het natuurpark is een jachtresidentie, in 1957 gebouwd door Chroetsjov, waar in alle stilte dit verdrag werd getekend. Het park was in de Sovjet tijd, en nu gedeeltelijk nog, een zogenaamd strategisch gebied en mocht door de normale burger niet betreden worden. Door het park loopt de grens met Polen, 60000 Ha. is Pools en 160000 Ha. is wit Russisch gebied. De jacht residentie wordt nog steeds door Luchosenko gebruikt en dat gedeelte van het park is nog dan ook niet voor het publiek geopend. Alle communistische leiders, zoals Castro, Honnecker en Chavez zijn hier in de loop der tijd op bezoek geweest om hun jachtlust te kunnen botvieren. 
Het Perestroikaverdrag  wordt Gorbatsjov in de landen die wij tot nu toe bereisd hebben niet in dank afgenomen, vele van de Russen en Wit Russen vinden het verlies van de status als wereldmacht onoverkomelijk en het streven van de heer Putin om deze wereldmacht weer in ere te herstellen wordt door velen ondersteund. 
Putin is op het ogenblik populairder dan ooit, hoewel het economisch niet zo goed gaat met Rusland. In Wit-Rusland is hier echter niets van te merken hier staan de grootste en mooiste nieuwe gebouwen die kunnen wedijveren met Moskou, ook is het hele land schoon en opgeruimd. De wegen zijn er prima en zelfs de spoorweg overgangen kunnen praktisch zonder snelheidsverlies worden gepasseerd . Dit in tegenstelling tot die Rusland, waar je de camper het liefst de spoorbanen over zou willen tillen.
Maar het is misschien alles schone schijn, erachter kijken is heel moeilijk door het taal probleem. En ook Vitali onze begeleider die in Minsk woont, laat er niet meer  over los dan een veel betekenend draaien  met de ogen als er weer eens erg met lof wordt gezwaaid.
De rit naar het natuurpark was heel eentonig net als het landschap hier, onze Grafschaft is op windender. In de laatste stad die we passeerden vond ik het genoeg en zijn we over de binnenwegen verder gegaan. Het was of we door een openluchtmuseum reden, kleine dorpjes met houten huisjes, arm maar schoon en netjes met een zee van bloemen in de tuinen. Later ging de weg over in een ripio van het ergste soort, een wasbord waar je niet sneller dan 30 kmh kon rijden. Het resultaat was dat we veel gezien hebben, maar weer bijna als laatste op de camperplaats aankwamen. Het wordt al gewoonte.
Na het eten zijn we nog een stuk door het park gewandeld en hebben we de eerste wisenten, wilde zwijnen en een beer al gezien. Weliswaar achter een hek, maar afwachten of het morgen bij de rondleiding beter wordt.
Of de rondleiding veel beter was dan de wandeling de avond te voor, kan ik niet volmondig beamen. We werden in  een bus door het park gesleurd, bij de hoogte punten zoals de 600 jaar oude eik werden we voor een fotoschooting gelucht en het uit eindelijke doel was een soort sprookjes bos met houten figuren. Hier liet ook de hulp van de kerstman zich nog even zien. We werden door hem natuurlijk op de gebruikelijke bloemige Russische manier verwelkomd en ook de rondgang door het sprookjes park werd op de Russische manier uitgelegd. Het zijn allemaal Russische sprookjes, maar volgens de kenners wijken ze niet of nauwelijks af van die van de gebroeders Grimm. Maar misschien gaat het om de auteursrechten. 
De Russische manier van vertellen en spreken is voor ons West Europeanen op den duur toch zeer omslachtig, er wordt nooit direct gezegd waar het om gaat. In het park was ook nog een oude wodka stokerij, maar kennelijk alleen voor de toeristen want de proef wodka zat keurig in fabrieksmatig gesloten plastic glaasjes. Na de rondrit werden de auto's weer in het gelid gezet voor de laatste rit in Rusland naar de stad Brest waar de laatste overnachtingsplaats is. Ook werd er voor de laatste keer voor de uit verkoopsprijs van 60 cent per liter diesel nog eens vol getankt. Daar zullen we de komende weken nog weleens aan terug denken.
De camperplaats vandaag is bij een hotel, er is een eigen parkeerwachter die het kennelijk een kunst vindt om zo veel mogelijk Campers op een zo klein mogelijke plaats te zetten. Het geeft ons een benauwd gevoel maar de man is tevreden. Maar we werden op de traditionele manier met eigen gebakken brood en zout welkom geheten. Dat maakte weer veel goed.
De laatste dag begint met een rondrit door Brest, een vestingstad aan de Wizla
Zoals uit de laatste stedentrips is gebleken, is er zelfs in de steden waar niets te gezien is, toch iets te zien. Namelijk een oorlogsmonument en dat is hier in Brest grootser dan ergens anders. Brest deelt zijn  lot met vele vesting steden en was  in willekeurige volgorde Pools, Litaus of Russisch grondgebied en dat wisselde dan verschillende keren. De stad was zelfs zo gebouwd dat er slechts twee straten met stenen huizen waren. De andere gebouwen waren uit hout, zodat als de vijand dreigde de stad in te nemen alle gebouwen verbrandt konden worden. De laatste keer dat dit bevel werd uitgevoerd was in de tweede wereldoorlog voordat de Duitsers de stad veroverden. Op bevel van Stalin werd de stad platgebrand en de soldaten, die de stad heel lang verdedigd hadden, werden als oneervol verklaard omdat ze niet tegen de Duitse overmacht hadden stand gehouden. Deze oneervolle status werd pas na Stalins dood opgeheven. Daarna werd er het enorme oorlogsmonument gebouwd waar we vandaag worden rond geleidt. Kennelijk vervalt men hier van het ene uiterste in het andere.
In Brest werd in 1918 ook het vredesverdrag met de Duitsers getekend. Het westen van Belarus was lange tijd Pools en westelijk georiënteerd, het oostelijke gedeelte is meer op Rusland gericht. Men spreekt hier over Rusland als de grote broer maar andere broers hebben ze niet.
Als tweede Highlight werd ons het spoorwegmuseum gepresenteerd, dit museum bestaat uit een aantal oude stoomlocomotieven in meer of minder deplorabele toestand. Ze worden door oude spoorwegmensen onderhouden maar roesten langzaam weg. Hier moet alles groot zijn dus in plaats van een paar locomotieven goed te restaureren, laten ze er liever tachtig in de buitenlucht staan roesten. Maar s `lands wijs s` lands eer.
Brest is eigenlijk de laatste etappe van de georganiseerde reis en hier  wordt gewoontegetrouw afgesloten met een afscheidsdiner.
En hier bij laat Seabridge zich niet kennen, het was een uitgebreid diner in een jacht restaurant, met vele gangen en natuurlijk Russische gerechten, de verschillende soorten schnapps vloeiden rijkelijk en de drinkspreuken gingen over en weer. Vooral onze reisleider Oleg is een meester in het verzinnen van drinkspreuken, want zonder een drinkspreuk mag er in Rusland namelijk niet gedronken worden. En niet drinken dat is natuurlijk helemaal no go. 
Tenminste wat het drinken van zelf gebrande schnapps en wodka betreft. Ik denk dat de bloemige russische taal voor een deel wordt gevormd door het opzeggen van drinkspreuken bij een steeds toe  nemende hoeveelheid wodka. Het bestellen van bier of wijn gaat hier heel moeizaam, of er is geen wijn of niet gekoeld of er zijn geen glazen. Met het bier gaat het niet veel beter. Maar het was toch een geslaagde avond. En om tien uur was het restaurant leeg, alle Russisch gasten waren allang weg en de bediening zag eruit of de deur op slot moest. Dus in de taxi en terug.
Woensdag om kwart voor acht was er de laatste meeting voor de tocht naar de grens. Fluitje van een cent!
Dus om half acht werd er al druk afscheid genomen van de deelnemers die niet verder zouden gaan naar Warschau, het leek of we elkaar nooit meer zouden zien.
Maar dat zou anders uitpakken.
Om kwart voor acht reden we in een lange file het terrein af richting grens. Oleg voorop en de genen die niet mee naar Warschau  zouden gaan als eersten daarachter. Natuurlijk is er bij zo iets altijd een beetje gedrang door degenen die bang zijn dat ze vergeten worden, Zoals Hans-Rudiger die er bijna zijn markies voor opofferde om maar direct achter Oleg te kunnen rijden. Maar dat is meestal in een groep, een paar mensen begrijpen het doel van reizen niet, ze gaan s `morgens zo vroeg mogelijk  weg, rijden met een ***gang naar de volgende plaats om daar als eerste op het beste plekje met een blikje bier in de hand toe te kunnen kijken hoe de anderen binnen komen. Natuurlijk maken ze zich dan kwaad als er dan toch een grote camper, zoals wij, voor hun deur wordt gezet.
Maar we reden verder naar de grens. Waar we om kwart over acht aankwamen en daar zagen dat er niemand was, prima geregeld Oleg.  Oleg liep opgewekt op de grensbeamten af om te vragen welke baan we moesten nemen, maar kwam het een sip gezicht terug. Juist vandaag werd er een nieuw computersysteem geïnstalleerd en was er veel oponthoud. Dat hebben we geweten, eerst werden we met de hele karavaan een smalle weg in gestuurd waar al een ca. vijf kilometer lange file stond. Aan het einde van de file moesten we keren en achter aansluiten. Stel je de chaos eens voor met achttien Campers die allemaal op een tweebaans weggetje moeten keren dat misschien net zo breed is als de camper lang.
Hier hebben we twee uur gewacht, zonder enige vooruitgang, alleen werd de file achter ons ook steeds langer. Oleg terug naar de grens, grenspolitie kwam langs, maar verder geen enkele actie. Ineens na een paar uur kwam de order, terug naar de grens. Dus tegen de stroom in aan alle wachtenden voorbij met zijn twintigen terug. Bij de grens op een klein parkeerterrein gezet en weer wachten. Maar de autonummers werden op genomen, dat was vooruitgang. Om twaalf uur ging de mare door het kamp, nog twintig minuten. Om een uur konden we eindelijk rijden en na grondige controle waren we om twee uur over de grens in het niemandsland met Polen.
Maar Polen is EU dus geen probleem, dachten we. Maar aangezien het een buitengrens is lopen de klokken hier anders. Het begint met wachten bij een grens overgang waar niemand kwam, de mensen uit Belarus werden tenslotte door de computer storing niet door gelaten. Na een uurtje kwam er beweging in de file en moesten we in drie sporen onder een overkapping rijden. Een jonge Poolse grenswachterin sprong in hoog tempo van auto tot auto vroeg de passen keek in de kastjes en de koelkast en ging met de passen naar een hokje waar ze met passen na een paar minuten weer uit kwam. Dat gaf de burger moed.
Maar nee in eens verdween al het personeel van het grensstation, dus weer wachten. Na drie kwartier, middagpauze? Waren ze er weer. Er stonden inmiddels 12 auto's onder de overkapping en acht in de brandende zon.
Een andere grenswachter in een ander uniform herhaalde de procedure van voor de middag. Alleen keek hij in alle vakjes van de koelkast en haalde er nog het een en ander aan diepvriesproducten uit die kennelijk ook niet mee gebracht mochten worden. Zelf weggooien, onder zijn toe ziend oog, jammer.
Daarna werden de papieren opgehaald voor het uitklaren van de auto's, ondertussen wachten!
Daarna pascontrole en konden de eerste auto's het terrein verlaten. Inmiddels was het bijna vier uur geworden en de volgorde van de auto's was helemaal door elkaar geraakt. Dit viel bij menigeen niet erg in de smaak, zelf de Oostenrijker die s´ morgens om zes uur was vertrokken om de eerste te zijn werd bijna als laatste doorgelaten. Het was hem aan te zien.
Wij waren op Oleg na de laatsten. Maar voor ons geldt niet dat aankomen het belangrijkste is, maar "der Weg is das Ziel" en dan heb je altijd tijd genoeg.
Ons plan om over Hamburg naar Antwerpen te gaan hebben we inmiddels veranderd, we gaan  via Dresden . Maar eerst hebben we een plaatsje voor de nacht gezocht om ons op de andere manier van reizen voor te bereiden, de manier waar je zelf weer alles moet organiseren. En dat begint met een overnachtingsplaats . Die vonden we in Serniki direct bij de kerk, er wordt dus een oogje op ons gehouden.
Inderdaad, het oogje heeft geholpen, we hebben sinds weken niet meer zo goed uit kunnen slapen. In de groep begonnen de eersten al om half vijf te spoken en de tanks te vullen of te legen, bang als ze waren dat ze niet meer aan de beurt zouden komen.
Hier werden we tegen zeven uur door de kerkklokken gewekt en langzaam aan liep het parkeerterrein vol met kerkgangers. De mis wordt hier kennelijk goed bezocht, maar net als overal voornamelijk door ouderen.
We hebben rustig kunnen ontbijten en zijn op onze normale tijd gestart voor de volgende etappe. We hebben het plan opgevat om via de plaats Hernhut te rijden die hier vlak over de grens ligt. En als je al de moeite neemt om in Wolgograd naar Sarepta te zoeken, dan kun je hier aan Hernhut niet voorbij rijden.
Het eerst deel van de route verliep prima, we reden gedeeltelijk over tolwegen, die nog niet bij TomTom als zodanig aangegeven waren. Er komen hier kennelijk sneller tolwegen bij dan TomTom updates kan versturen. Maar opeens begon ons Viatoll kastje twee keer te piepen en dat wil zeggen dat het saldo moet worden opgewaardeerd. Geen probleem denkt een Europeaan, dat doe ik even. Maar zo niet in Polen, we hebben de route iets veranderd en zijn de volgend 100 km bij minstens vijf benzine stations gestopt om het te proberen. Nergens lukte het en je werd van het kastje naar de muur gestuurd, van BP naar Orlen en terug met steeds een tiental kilometers er tussen. We waren er langzaam van overtuigd dat het niet meer zou lukken, tot vlak voor de snelweg bij Kielce, BP, hier lukte het eindelijk. Maar hoeveel kilometer je nu met het opgewaardeerde saldo kunt rijden weet niemand, een schouder ophalen is het aardigste antwoord dat je kunt krijgen.
Opgewekt reden we toen richting autobaan, jammer genoeg was die nog niet klaar en kwamen we in een mega file van tientallen kilometers. zo heb je niets aan je opgewaardeerde saldo. Maar na een kleine twee uur reden we als vorsten over een prachtige autoweg. Richting camperplaats, TomTom deed zijn best tot halverwege, hier week de autobaan kennelijk van het oude tracé af en wist hij niet meer hoe het verder moest. Gelukkig hebben we nog een ouderwetse landkaart en zo hebben we in Checiny een goede plaats gevonden aan de voet van een kasteel. Het kasteel hebben we alleen van de buiten kant gezien, de laatste weken zijn we zo overvoerd met oude gebouwen dat we het genoeg vonden om buiten voor het kasteel van het uitzicht te genieten. 
Zo was het toch nog een mooi einde van een dag met een gaatje.
En de volgende dag begon goed, prachtig weer en prachtig uitzicht enna de camper te hebben  opgeruimd en nog even van het uitzicht te hebben genoten, werden de paarden weer voor de wagen gespannen. Ik wist dat we over kleine weggetjes moesten en had me ook zo goed mogelijk voor bereid, maar toen na een paar kilometer de TomTom geen sjoege meer gaf werd het toch moeilijk. De kaart van Polen die we hebben is eigenlijk alleen een overzichtskaart waar je slecht op kunt rijden en toen ook het volgende dorp volledig voor het verkeer was afgesloten, zijn we weer terug gereden naar de hoofdweg met een E nummer, E77.  jammer, want er is in Polen nog veel meer te zien dan alleen de hoofdwegen die ook nog enorm druk zijn door al het vrachtverkeer dat de betaalde autowegen wil mijden. Zoals overal in Europa, zijn de tolwegen er voor de gehaaste vertegenwoordigers maar niet voor het uiterst spaarzame vrachtverkeer. Des te meer omdat de autowegen vaak een omweg beduiden en er geen goede en goedkope restaurantjes aan liggen. En hier in Polen is er ook nog veel ander vertier dat naast de weg staat.
Al met al was het vandaag weer een lange rit door een eentonig landschap hier in midden Polen. We hebben nog wel even de burcht in Olstzyn bewandeld maar voor een nauwkeurige inspectie ontbrak ons de moed. Maar we komen beslist nog eens in Polen terug.
In Ozimek vonden we een goede plaats bij een begraafplaats, rustige buren dat wel, maar een spoorbaan die druk bereden  werd en iedere machinist vond het kennelijk nodig om de doden te groeten met een lange fluittoon. Maar moe genoeg, wen je aan alles.
We hebben het voordeel dat we met onze camper volledig autark zijn dus niet iedere avond krampachtig naar een camperplaats met stroom, water en andere voorzieningen op zoek hoeven. Dit maakt het reizen heel veel meer ontspannen, je draait de sleutel om en gaat slapen als je dat nodig vindt.
Gister, de tiende september zijn we naar Duitsland gereden, ook nu hebben we weer geprobeerd een kleine weg met een kleine grensovergang te nemen. En ook dit keer lukte het niet. De weg begon met maximaal 10 ton, dan 8 dan 6 ton, alles nog okay maar bij 3,5 zijn we omgedraaid naar de hoofdweg. Jammer want hier aan de noord kant van de Karpaten is het een hele mooie streek en beslist de moeite van een bezoek waard. Maar we zijn op de thuisreis en willen niet veel tijd meer verspillen.
In Ostriz aan de Neisse vonden we een goede plaats bij klooster Mariental, prima plekje en naar wij dachten ook met internet zodat ik weer eens een verslag in het internet zou kunnen zetten. Maar verkeerd gedacht, het net is hier zo zwak dat er geen internet gebruikt kan worden. En zelfs de verjaardags Appjes voor Yvonnemarijke komen maar sporadisch binnen. Toch blijven we hier nog een dagje uitrusten.

Foto’s

4 Reacties

  1. Inge:
    12 september 2016
    Wat een verhaal weer! Jammer dat er altijd stukken tussen zitten die saai zijn en steden die eigenlijk het aanzien niet waard ... . Maar ja, dat hoort er ook bij, he? Die grensovergangen zijn wel een uitdaging, zeg. Dan mag je van geluk spreken dat je een Oleg bij je je hebt. Nog gefeliciteerd, Yvonnemarijke!
  2. Lisette:
    12 september 2016
    Op het laatste stuk nog het beloofde abenteuer, was eigenlijk niet meer nodig. Die saaie stukken zijn altijd afzien, maar jullie hebben het gered, welkom thuis...
  3. Henk en Hanneke:
    12 september 2016
    Wat een prachtig verslag wederom.
    Ja als je zo vaak mooie steden en plekken mag zien dan is het moeilijk om een vakantie lang een hoog level te krijgen. Leuk dat jullie in Herrnhut waren!
    Gefeliciteerd nog met je verjaardag Yvon Marijke en beide welkom thuis
  4. Korsius:
    14 september 2016
    Wat een onderneming.
    Je mag bijna een halve dag voor het reisverslag uittrekken, laat staan voor de reis.
    Wat een totaal andere wereld en dan ook gedeeltelijk nog binnen de Europese Unie.
    Welkom thuis, alles is ontspanning hier, ook tegenvallers.
    We zien elkaar.
    Andries en Rimmy